Wat je moet weten over de geschiedenis van Nederlandse Molukkers

Wat is er gebeurd?

  • Het is deze week 70 jaar geleden dat duizenden Molukkers naar Nederland kwamen.

  • De Molukkers verbleven in armoedige verblijven die eerst concentratiekampen waren geweest en hadden weinig keus om te verhuizen, waardoor er veel spanningen ontstonden in Nederland.

  • Burgermeesters roepen het nieuwe kabinet op om meer te investeren in de Molukse gemeenschap en meer aandacht te hebben voor hun leed.

Waarom is dit nieuws?

Het is deze week zeventig jaar geleden dat duizenden Molukkers per schip aankwamen in Nederland. De Molukkers dachten dat ze hooguit een paar maanden zouden blijven om daarna terug te keren naar een eigen onafhankelijke staat op de Molukken. Dat liep helemaal anders. Er wonen nu ruim 70.000 Nederlanders met een Molukse achtergrond in Nederland.

Wat zijn de Molukken? Wat heeft Nederland daar mee te maken?
De Molukken zijn een kleine eilandengroep binnen Indonesië. In de tijd van de VOC koloniseert Nederland de Molukken om daar te handelen in specerijen.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog bezet Japan de Molukken. Wanneer Japan zich overgeeft, willen zowel Nederland als Indonesië de macht over de Molukken, waardoor er weer een oorlog volgt. In deze strijd vechten Molukkers voor Nederland in het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger. Kort gezegd: het KNIL.

Nederland verliest deze oorlog en geeft de macht terug aan Indonesië, maar een deel van de Molukkers wil niet meer bij Indonesië horen. Daarom roepen ze een eigen onafhankelijke staat uit: de Republiek der Zuid-Molukken, de RMS (Republik Maluku Salatan).

Waarom kwamen de Molukkers naar Nederland?

De Molukse KNIL-soldaten hebben op dat moment twee keuzes. Ze kunnen zich aansluiten bij het Japanse leger of ze kunnen terugkeren weer naar hun eigen republiek. De eerste optie is voor veel Molukkers geen mogelijkheid, omdat de Indonesiërs ze als landverraders zien. Optie twee is ook te gevaarlijk, want Indonesië heeft ondertussen de macht heeft gegrepen in de RMS. Nederland wordt verplicht om de Molukkers te helpen en geeft daarom de opdracht aan zo'n 12.500 Molukkers (de KNIL-soldaten en hun families) om voor zes maanden naar Nederland te komen. Maar na zes maanden blijkt al snel dat van een terugkeer naar huis geen sprake meer is.

Wat gebeurde er toen de Molukkers naar Nederland kwamen?

Op 21 maart 1951 komen de Molukkers aan in Nederland. Dit gaat van beide partijen met tegenzin. Niet alleen worden de Molukkers meteen door Nederland ontslagen uit het leger, maar komen ze ook in zogenaamde woonoorden terecht. Sommige van deze woonoorden werden in de Tweede Wereldoorlog gebruikt als concentratiekampen. De Molukkers wonen met grote families in kleine ruimtes, met maar weinig voorzieningen. Ook mogen ze niet werken en is er van integratie of inburgering helemaal geen sprake. Ze blijven daardoor buiten de Nederlandse samenleving staan. Ze voelen zich geen Nederlander, maar ook geen Indonesiër.

De Molukse republiek is op dat moment nog steeds niet vrij, waardoor het verblijf in Nederland verandert van een tijdelijke naar een permanente oplossing. De omstandigheden in de woonoorden zijn zo slecht, dat de Nederlandse regering besluit Molukse wijken te bouwen. De wijken zitten dichter in de buurt van werkgelegenheden en zorgen ervoor dat de Molukkers bij elkaar kunnen blijven wonen, wat ze graag willen voor het behoud van hun identiteit en cultuur.

De jaren zeventig

Tijdens de verhuizing van de woonoorden naar de nieuwe wijken, groeit de boosheid van de tweede generatie Molukkers: de kinderen van de Molukkers die naar Nederland zijn gekomen. Ze zijn boos dat Nederland nog steeds geen steun geeft aan de RMS en vinden dat hun vaders zijn belazerd door de Nederlandse overheid. Als in 1966 Indonesië de Molukse leider Soumokil executeert, is de maat vol.

Geradicaliseerde jonge Molukkers die opgeroeid zijn in de kampen hebben er genoeg van en plegen meerdere misdaden om aandacht te krijgen voor het probleem. Vanaf het moment van de executie begint de reeks met een brandstichting in de Indonesische ambassade in Den Haag. Er volgen meerdere treinkapingen en bezettingen van onder andere een basisschool en het Indonesisch consulaat. Bij de treinkaping bij De Punt in 1977 wordt het leger ingezet. Dit eindigt in een bloedbad.

Het wordt duidelijk dat deze acties weinig goeds brengen, waardoor de Molukkers zich vanaf eind jaren zeventig meer willen focussen op hun rechten en vrijheden en op kleinschalige ontwikkelingshulp op de Molukken zelf. Tot die tijd is er altijd de hoop geweest dat Nederland het mogelijk zou maken om terug te keren naar de Molukken. Die hoop veranderde langzaam het besef dat de toekomst van hun kinderen in Nederland lag. Er komen verbeteringen in de wijken en met de jaren volgt ook integratie.

Vandaag

Elf burgermeester van gemeentes met een Molukse gemeenschap doen een oproep aan het volgende kabinet om te erkennen dat Nederland de Molukkers slecht heeft behandeld door ze niet goed op te vangen in Nederland. Ook vinden ze dat er meer geïnvesteerd moet worden in de Molukse gemeenschap.